J.C. van Schagen
Profiel
Achternaam: van Schagen
Initialen: J.C.J.
Voornamen: Johan Christiaan Jacobus
Geboren: 11-12-1891
Te: Vlissingen
Overleden: 17-04-1985
Te: Deventer
Pseudoniem(en): J.C.J. van Schagen publiceerde ook onder de pseudoniemen Joringel en J.C. van Domburg.
Mijn laatste oeuvre zal een blanco blad zijn.
(motto 'Ik ga maar en ben')
Voor tweedehands boeken | Ook van J.C. van Schagen |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Poëzie
- Narrenwijsheid (prozaverzen) (bibliofiel, 160 ex.) (1925)
- Litanie (bibliofiel, 180 ex.) (1928)
- Onderaardsch (1946)
- Narrenwijsheid en ander onkruid (bloemlezing) (1961)
- Drie fragmenten uit een Domburgs rijmjournaal (1961)
- Miniaturen (bibliofiel, 50 ex.) (1963)
- Ik ga maar en ben (verzamelbundel, samengesteld door R. Nieuwenhuis en K. Schippers) (1972)
- In het spiegeltje van Sjoe (bibliofiel, 150 ex.) (1974)
- Duetten (met Fie de Ferrante, 250 ex.) (1975)
- Zeventien onbeduidendheden (bibliofiel, 100 ex.) (1976)
- Voor 1980 (bibliofiel) (1979)
- 24 conversaties met de nachtpoes (1981)
- Litanie van de Knar (t.g.v. zijn negentigste verjaardag) (1982)
- Veldboeketje Domburg (1982)
- Geuldal (bibliofiel, 75 ex.) (1982)
- Domburgs kriel (1983)
- 50 vreugden (bibliofiel, 100 ex.) (1983)
- Ik ga maar en ben. Twaalf gedichten uit 'Ik ga maar en ben' (bibliofiel, 362 ex.) (1984)
- Wat dit blijfsel overbleef (Archief Van Schagen, deel 2) (selectie uit de poëzie van J.C. van Schagen, door Berend Wineke) (1985)
- Reisgedichten (6 kaarten) (1991)
- Ik ga maar en blijf (gekozen door Ingmar Heytze) (2008)
Proza
- Onderaardsch (1946)
- Flarden van den wind: omzwervingen in de beklemming (1946)
- Zeeuwse reflexen (1953)
- Toespraak namens het vergaderde volk van Zeeland (1954)
- Fabeltje (bibliofel, 90 ex.) (1973)
- Twee spelletjes met een hondefluitje (1975)
- Dagboekblaadjes (1980)
- 24 Conversaties met de Nachtpoes (1981)
- Zeeuwse reflexen en complexen (1982)
- Ik doe niet meer mee (Archief Van Schagen, deel 2) (samengesteld door Berend Wineke) (1986)
Domburgse cahiers (proza en poëzie- 24 delen (1963-1975)
- Domburgse Cahiers no. 1 (1963)
- Domburgse Cahiers no. 2, Nieuwe Miniaturen. 162 Reflexen (1964)
- Domburgse Cahiers no. 3 (1964)
- Domburgse Cahiers no. 4, Nog wel lief (1964)
- Domburgse Cahiers no. 5, Van gewone mensen, deel 1 (1965)
- Domburgse Cahiers no. 6a, 44 reflexen (1965)
- Domburgse Cahiers no. 6b, 44 reflexen (1965)
- Domburgse Cahiers no. 7, Laatste vaart: meldingen van nacht en water (9 ex.) (1965)
- Domburgse Cahiers no. 8, Schaduwen (1965)
- Domburgse Cahiers no. 9, Van gewone mensen, deel 2 (1965)
- Domburgse Cahiers no. 10a Voor vrije vogels (1966)
- Domburgse Cahiers no. 10b, Voor vrije vogels (1966)
- Domburgse Cahiers no. 11, Heggewinde (1966)
- Domburgse Cahiers no. 12, Kleine doedelzak. 101 nieuwe reflexen (1967)
- Domburgse Cahiers no. 13a, Kom mee naar binnen (1968)
- Domburgse Cahiers no. 14, Met één vinger (1970)
- Domburgse Cahiers no. 15, Milieu-hygiëne; 86 Hekels; Tactielen (1970)
- Domburgse Cahiers no. 16, Klein vlooientheater (1970)
- Domburgse Cahiers no. 17, Domburgse fragmenten (1970)
- Domburgse Cahiers no. 18, Vóórhof (1971)
- Domburgse Cahiers no. 19, Kleine dierentuin (1971)
- Domburgse Cahiers no. 20, Tekens (1971)
- Domburgse Cahiers no. 21, Murmureersels in de muizenval; rancuneuze rimram 1968-1971 (1971)
- Domburgse Cahiers no. 22, Twee spelletjes met een hondefluitje (1975)
- Domburgse Cahiers no. 23, Al tuimelende (1975)
- Domburgse Cahiers no. 24 (1975)
Schiftsels I tot en met XVII, cahiers (1977-1981):
- nr. 1, Schampen (20 ex.) (1977)
- nr. 2, Dreutels (20 ex.) (1977)
- nr. 3, Diertjes en dingetjes (200 ex.) (1978)
- nr. 4, Grafisch intermezzo (200 ex.) (1978)
- nr. 5, Senieltjes, rijmels van Opa (200 ex.) (1978)
- nr. 6, Er is iets (250 ex.) (1978)
- nr. 7, Simpelhuisstraatje (250 ex.) (1978)
- nr. 8, Kantels van Mijnheer De Gerónte (1978)
- nr. 9, De Complimenten voor 1979 (250 ex.) (1978)
- nr. 10, Veegjes van vroeger (200 ex.) (1979)
- nr. 11, Drie flutters of wel onwaardigheden (250 ex.) (1979)
- nr. 12, Snoertje (250 ex.) (1979)
- nr. 13, Dagboekblaadjes (750 ex.) (1980)
- nr. 14, Geografische gezinsvorming (263 ex.) (1980)
- nr. 15, Kleine suite peppel (263 ex.) (1980)
- nr. 16, Zes nietsjes (250 ex.) (1981)
- nr. 17, Vijf dubbeltjes (250 ex.) (1981)
Brieven
- 'Het Zeeuws Tijdschrift' publiceerde in 1964/1965 een briefwisseling tussen Adriaan Viruly en J.C. van Schagen.
- 1 brieffragment van A Viruly aan J.C. van Schagen: 'Stoomtram Walcheren' in 'Het land der letteren', samengesteld door Adriaan van Dis en Tilly Hermans (1982)
- Je moet het zwijgen(Archief Van Schagen, deel 3, correspondentie en beeldend werk) (samengesteld door Fons Oltheten), (1987)
- 4 brieven van Jan Hanlo aan J.C. van Schagen in Jan Hanlo, 'Brieven 1963-1969' (1989)
- Wat is dat alles alweer lang geleden: 6 brieven en briefkaarten (1975-1981) (1992)
- Met ons beider hartelijke groeten (murmureersels rond twee Domburgse Cahiers) (1996)
- 60 (fragment van een brief aan Paul Citroen) (bibliofiel) (2000)
Toneel
- Regeren. Een klein divertissement (1956)
Hoorspel
- Ik ga maar en ben (TROS, 1992)
Wetenschappelijk werk
- Stellingen op het gebied der Visscherij (proefschrift) (1920)
Vertalingen/bewerkingen
- In 'De muze kent geen Babel, Poëzie uit alle werelddelen in vertaling' (1959) staan door hem vertaalde gedichten van Fuzuli, Fazil Bey, Abdul Hak Haamid Bey en Omar Khayyam.
J.C. van Schagen schreef een nagedicht voor:
- Lucette M. Oostenbroek, Dit leven hier: Zengedichten en foto's (1979)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Van Schagen schreef een 'koldertje' voor de Provinciale 'Zeeuwsche Courant' onder het pseudoniem Joringel.
- J.C. van Schagen publiceerde in 'Tirade', 'De Stem', 'De Nieuwe Stem', 'Hollands Maandblad', 'De Gids' en in 'Wending'.
- J.C. van Schagen stelde nr. 7-8 (jaargang 13) van 'Maatstaf' samen over 'Het korte gedicht' (1965)
Over J.C. van Schagen
- 1 hoofdstuk: 'Narrenwijsheid door J.C. van Schagen' in 'De kritische reis' van P.H. Ritter (1928)
- Clare Lennart beschrijft in 'Op schrijversvoeten door Nederland' (boekenweekgeschenk 1955) een bezoek aan J.C. van Schagen.
- 1 hoofdstuk: 'Pastiche' in 'Verontrust Geweten' van Gerard Bruning (1961)
- Simon Carmiggelt, 1 kronkel: 'Dichter' (Parool, 30-04-1963)
- In 'Gesprekken met dichters' (1964) van Piet Calis staat een interview met J.C. van Schagen.
- 1 hoofdstuk: 'J.C. van Schagen' in 'Auteurs van nu. Gegist bestek III' van C.J.E. Dinaux (1969)
- Anton Korteweg en Theo J. de Looy, 'In gesprek met J.C. van Schagen' in 'Maatstaf' (oktober 1969)
- 1 hoofdstukover J.C. van Schagen + 2 gedichten in 'ga jij de klas maar uit' van J. Bernlef (1970)
- André Oosthoek, 'Ik ga maar en ben: dubbelbeeld van J. C. van Schagen' (1971)
- 1 bladzijde over J.C. van SChagen in 'Lezersmemorie. Vierentachtig auteurs met hun boeken bij Querido - gekiekt, belicht en in lijstjes gezet' (1977)
- 'J. C. van Schagen: grafisch werk, 1949-1980' (catalogus, Merlijn, Middelburg, 11 oktober-1 november 1980 (1980)
- 1 gedicht: 'Nocturne' met een verklaring in 'Geloven in gedichten' van H. van der Ent (1980)
- 'Pamflet' gaf in 1981 een 'Van Schagen-nummer' uit.
- F. Oltheten, 'Op zoek naar evenwicht. De filosofische ontwikkeling in het werk van J.C, van Schagen' (1000 ex.) (1983)
- 'J. C. van Schagen in beeld en woord' (catalogus, 3-28 april 1985 in de Centrale Bibliotheek Rotter
- dam) (1985)
- Het 'Domburgs Badnieuws' bracht in 1987 een Van Schagen-nummer uit.
- Je moet het zwijgen: katalogus van de expositie in de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg en de Rabobank te Domburg over J. C. van Schagen : 2 mei - 13 juni 1987 (1987)
- Een hoofdstuk: 'Zijner is de volstrekte hutspot' over de kunstopvatting van J.C. van Schagen in 'Als ik tekenen kon' van T. van Deel (1992)
- Gerrit Komrij becommentarieert het gedicht 'mijn godsdienstige vlo - namens Dinges'' van J.C. van Schagen in 'Tussen hemel en aarde' (2013)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- In de serie 'De Onvergetelijken' werd in 1971 een (televisie)portret van J.C. van Schagen uitgezonden.
- Martien Leenhouwers, 'Onzegbaar', met monotypes van J.C. van Schagen (1978)
- Een zelfportret van J.C. van Schagen in 'Schrijvers tekenen zichzelf' (1980). Een uitgave van 'De Revisor'.
- Dartelingen met de stift van J.C. van Schagen (bibliofiel, 100 ex.) (1984)
- Leo Samama, 'Wit: opus 33: zes liederen voor sopraan en harp: 1988' bevat van J.C. van Schagen 'Ik word zo donker' (1989)
- Een zelfportret (olieverf op papier) van J.C. van Schage, gemaakt in 1946 in 'Schrijversportretten', samengesteld door Sjoerd van Faassen, Pauline Bloemsma en Hester Quist (2010)
- Ricky Koole schreef de ballade 'Regen' samen met Wouter Planteijdt, gebaseerd op een gedicht van J.C. van Schagen. Het nummer staat op de cd 'Wind om het huis' (2011)
Waardering
- Zeeuwse prijs voor Kunsten en Wetenschappen 1961
- Ridder Oranje Nassau (1961)
- Marianne Philips-prijs 1966 voor zijn hele oeuvre
- Jacobson-prijs 1975 voor zijn hele oeuvre
Werk van J.C. van Schagen geciteerd in overlijdensberichten
Volkskrant, 08-04-1989
Volkskrant, 12-02-1992
Volkskrant, 30-03-1994
Volkskrant, 17-12-1994
Opmerkingen
- J.C. van Schagen groeide op in Zeeland. Hij ging naar de HBS in Middelburg.
- Na het bepalen van zijn HBS diploma werkte hij bij de Provinciale Griffie.
- In 1909 werd hij jongste bediende op een effectenkantoor.
- Van 1911 tot 1913 was hij ambtenaar bij de provinciale griffie van Zeeland.
- J.C. van Schagen deed in 1913 staatsexamen en studeerde vervolgens rechten in Utrecht en Amsterdam.
- In 1920 promoveerde hij.
- Van 1918 tot 1924 was hij commies-redacteur bij de Visserij-inspectie in Den Haag.
- J.C. van Schagen trouwde in 1918 met Willy Dalman. In 1920 werd hun dochter Joosje geboren.
- J.C. van Schagen was van 1924 tot 1942 administrateur bij de gemeente Rotterdam. In die tijd woonde hij ook in Rotterdam. Hij onderbrak zijn ambtelijke loopbaan om rechten te studeren in Amsterdam. In 1942 nam hij zelf ontslag 'vanwege de politieke situatie'.
- In 1942 en 1943 studeerde hij aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam.
- De bundel 'Narrenwijsheid' werd bij elke herdruk uitgebreid. Vanaf de vijfde druk heeft de bundel een nawoord door Van Schagen.
- Van 1942 tot 1953 was hij schilder en maakte hij grafiek. In Maarssen kreeg hij schilderles van Willem van Leusden.
- In 1943 verhuisde hij naar Maarssen. Vervolgens woonde hij op een woonboot die o.a. op de Vecht, in Zaltbommel en in Leerdam lag. In 1951 ging hij terug naar Domburg.
- In Domburg was Van Schagen adviseur culturele zaken van de 'Stichting Zeeland voor Maatschappelijk en Cultureel Werk'.
- Na 1958 legde hij zich toe op grafisch werk. Hij was gespecialiseerd in monotypen.
- In de zestiger jaren werd J.C. van Schagen 'herontdekt' door het tijdschrift 'Barbarber'.
- Veel van zijn werk heeft hij na 1963 in eigen beheer uitgegeven in de 'Domburgse cahiers'.
- In 1965 overleed zijn echtgenote.
- Vanaf 1966 woont hij 's zomers in Domburg en 's winters in Deventer.
- In 1966 trouwde hij met Johanna Wezenaar.
- J.C. van Schagen overleed in zijn slaap op 17-04-1985 in huize De Bloemendal in Deventer.
- Tien dagen voor zijn dood was er in de centrale bibliotheek in Rotterdam nog een tentoonstelling over Van Schagen geopend door Simon Carmiggelt.
- Op de avond van zijn overlijden had de Vara-radio een documentaire van Wim Hazeu over Van Schagen uitgezonden.
- J.C. van Schagen werd op 19-04-1985 in stilte gecremeerd in het crematorium aan de Imboslaan in Dieren.
- Op 04-06-1985 werd zijn as bijgezet op de Algemene Begraafplaats aan de Babelweg in Domburg (graf B-III-8).
- Vlak achter de hoofdingang van het provinciehuis in Middelburg is ter nagedachtenis aan verwoesting en herstel van de Abdij in gouden letters een gedicht aangebracht van J.C. van Schagen.
- In Domburg is in 1987 het pad over de duinen naar J.C. van Schagen genoemd te zijn. Onder het naambordje staat een slecht leesbaar informatiebordje. Het wit van de letters is vervaagd. 'Boulevard' is overigens een wel heel optimistische benaming voor dit tamelijk smalle wandelpad.
Als ik dood ben, niemand zal me
missen.
Maar ik zal mezelf zo missen.
(J.C. van Schagen, motto 'Ik doe niet
meer mee)
Anderen over J.C. van Schagen
- Van Schagen's poëzie is een litanieën-reeks. Het zijn prozen, maar bij hem is het metrum niet veronachtzaamd, omdat die verwaarlozing ligt in den geest van den tijd, maar omdat de prose ligt in de structuur van zijn ziel. De betrekkelijkheid en broosheid van alle dingen in de Eeuwige wisseling, dat is het 'leitmotiv'. (P.H. Ritter, De kritische reis, blz. 74)
- Van Schagen is, nog meer dan Belcampo, die tenminste "novellen" schrijft, een buitenbeentje in de Nederlandse literatuur. Aan het zogenaamde literaire leven neemt hij geen deel en de literaire handboeken zullen nooit goed raad met hem weten, daar hij nog moeilijker dan anderen bij een groep of generatie valt in te delen en niet eens fatsoenlijk proza of poëzie schrijft, maar iets daartussenin, dat nu weer meer op het ene en dan weer meer op het andere lijkt. (F.W. van Heerikhuizen, Critisch Bulletin, maart 1954, blz. 123/124)
- Gisteren in Middelburg kennis gemaakt met J.C.J. van Schagen (die, gruwel, onder het pseudoniem Joringel publiceert). Zacht ei. (Hans Warren, Geheim dagboek 1954-1955, blz. 116, 29-08-1954)
- Van Schagen is iemand, wiens belangstelling heel anders gericht is dan die van de meeste moderne schrijvers. Deze laatsten nemen de verworvenheden van de dieptepsychologie tot uitgangspunt en proberen dan nog diepere lagen aan te boren. Van Schagen interesseert dit niet. Hij tracht niet het leven te ontleden. Hij wil er in opgaan. Zijn menselijke hovardij afleggen, klein en doodgewoon meezingen in het koor van al het geschapene. (Clare Lennart, Op schrijversvoeten door Nederland, blz. 48/49)
- Van Schagen hoort tot de kunstenaars die weigeren hun werk te schiften. Een geslaagde tekst en een onbenullige opmerking, ze gaan allebei naar de drukker. Geen uitgever accepteert dat en de enige oplossing in zo'n geval: uitgeven in eigen beheer 'als het potje met woorden weer eens overkookt'. Deze zomer bracht hij miniaturen uit en hij is ook met Domburgse Cahiers gestart: gestencilde uitgaafjes met nietjes aan elkaar gehecht. (Hans Warren, Geheim dagboek 1963-1970, blz. 32, 14-11-1963)
- Het sterkst is Van Schagen waar de filosofische aantekening plaats maakt voor de stille waarneming. (Wam de Moor, De Tijd, 30-12-1972)
- In de gedichten van Van Schagen herken ik mij zelf en hij laat mij de vrijheid om mij zelf te herkennen op mijn wijze door zo weinig mogelijk te zeggen en juist daardoor zo veel mogelijk te suggereren. (J.J. Buskes, Gedichten die mij vergezellen, blz. 27)
- Bij een huldiging ter gelegenheid van zijn zeventigste verjaardag werd hij door een van de feestredenaars een 'zachtzinnig anarchist' genoemd, wat door de aanwezige journalist van de Provinciale Zeeuwse Courant verkeerd verstaan werd, zodat de krant de volgende dag meldde, dat in Van Schagen een 'zwakzinnig anarchist' gehuldigd was. (Piet Calis in: Jeroen Brouwers, Zachtjes knetteren de letteren, blz. 200)
't kan verkeren rond 1936
lazen wij allemaal
vol eerbiedige geestdrift
marsman en slauerhoffnu, dertig jaar later,
dertig jaar wijzer geworden,
houd ik het toch maar op
noordstar en van schagen(C. Buddingh', Gedichten 1938-1970, blz. 1880)
Mijn favoriete citaat
Zo regent de regen
daarom geef ik geen namen
ik ga maar en ben
(J.C. van Schagen)
Bronnen o.a.
- Op schrijversvoeten door Nederland (1955)
- Lexicon van de Nederlandse literatuur (1978)
- Ik hou van jou. Drieënnegentig auteurs van Querido (1982)
- Kees Fens, Nou hoor je het eens van een ander (1982)
- Ooitgedicht (1985)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Oosthoek Lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot? (1997)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Behoudens deze steen. Een gids langs schrijversgraven in Nederland en Vlaanderen (2004)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (november 2018)